Verslag Herenreis Terschelling 28 – 30 december 2015
25 juni 2015 schreef Geert:
Dit jaar een beetje vroeg met de aankondiging voor de Herenreis. De aanleiding is dat ik er de komende winter wellicht niet bij ben omdat ik een reis in Patagonie wil maken.
De afgelopen dagen heb ik echter een mooi traject in Twente gelopen, een stuk van het Marskramerpad. Wellicht een suggestie voor de komende Herenreis?
Het werd heel wat anders:
O, Schylge myn lântse,
wat hab ik dy jeaf
Al wa dy net priizet,
dy fynt my toch deaf.
28 december 2015
Het begon kil, donker en vroeg. De wekker ging om even voor vijf uur in de ochtend. De tas was al gepakt. De OV-kaart bij de hand en wat boterhammen met kaas in het voorvakje.
Onderweg naar de bushalte die op 15 minuten loopafstand ligt zag ik voor mij Paul Weber lopen. Ik heb niet de moeite genomen om hem in te halen. Wij waren op tijd om de bus (lijn 3) van 6.19 uur te halen. Deze maakt een rondje door Almere Haven. Bijna bij iedere halte stapte een heer van de Herenreis op.
Een en ander was wel voorbereid! Het kon gewoon niet fout gaan. Zie onderstaande mail waaraan ik de opstappers heb toegevoegd.
> Op 26 dec. 2015 om 12:39 heeft f.smit19 <f.smit19@chello.nl> het volgende geschreven:
> Heren, op verzoek van Paul (Weber) de bustijden.....
> Ik heb een ruime tijdsmarge genomen, je weet het nooit met het ov.....
> Lijn 3
> 6.19 de wierden Paul en Paul
> 6.22 centrum Jan van Haastrecht
> 6.23 werven Frank
> 6.26 grienden Martin
> 6.28 marken Jan Veenstra
> 6.40 station....
> We hebben dan nog 20 minuten om de kaartjes te kopen enzovoorts........kortingskaarten?
> Als je wat langer wil slapen kan je natuurlijk ook een bus later nemen...
> Martin.......check jij nog even of dit klopt.......voor dat we weer een keulendrama krijgen....?
> Tot maandag, Frank
Antwoord van Martin:
Heb het helemaal in mijn hersenpan. Geen nieuw trauma meer
Groetjes Martin
Op Almere Centraal kwamen de volgende heren erbij: Harm Jan en Harrie (die bij Harm Jan had geslapen). En Anno. Na - voor een aantal onder ons - wat onwennige handelingen bij de kaartautomaat (korting, bankpasje, enz.), gingen we naar perron drie. Waar moet ik het kaartje tegenaan houden? Een rechtstreekse trein naar Leeuwarden vertrek 7.00 uur. Aankomst Leeuwarden 8.56 uur.
In de trein werden de nodige nieuwtjes, meningen, opinies en/of krantenkoppen uitgewisseld. Kortom datgene waar de Herenreis beroemd om is werd niet onder stoelen of banken verstopt.
Uit Weert kwam een Jehova getuige met een Garmin. Een prima apparaat. Moet nog op worden gestudeerd. Een soort virtuele rijder. Aan de andere kant is een ieder vol lof over de knooppunten routes. Prima van te voren voor te bereiden. Even noteren en fietsen maar.
Bij inventarisatie bleek dat alleen Anno nog niet op Terschelling was geweest. Eigenlijk wel jammer. Zou voor meer mannen verrassend nieuw moeten zijn. Maar dat mag de pret niet drukken.
Er wordt gesproken over een groep monniken uit Sion die een nieuw klooster willen gaan bouwen op Terschelling. Onze geografische kennis wordt op de proef gesteld. Sion? Frankrijk? Zwitserland? Nee bij Deventer. Het oorspronkelijke klooster was te groot. De monnikengemeenschap te klein. Het ging hier over vier monniken (!).
De snelboot naar Terschelling roept bij Jan van H. herinneringen op aan een verbinding tussen Nice en Corsica. Niet voor iedereen een onverdeeld succes.
De ontwikkelingen rond de verbreding van de A6. De bebouwing van het voormalige Wierdenpark, nu de Laren. Het neerzetten van een flatgebouw vlak voor de neus van een rijtje nieuwbouwwoningen. De politiek, het rustig houden van de ene bewonersgroep, ten koste van een andere…
Een klusflat Kleiburg in ZuidOost.
Frank die twee dagdelen les gaat geven aan zo’n zestien vluchtelingen uit Syrië die nu in het AZC van Almere wonen. De meesten zijn geboren op 1 juli 1998 en hebben op de ”highschool” gezeten. Hij heeft er veel zin.
De sociale vuurtoren van Terschelling. Brand hier is en daar is!
Alles ligt aan het onderwijs! Hoe zit het met het geven van een dictee. Wordt dat nog gedaan? Paul R. kan zich de dictees van de middelbare school goed herinneren. Ze werden gegeven door de lerares Nederlands mejuffrouw Doeksen (dochter van). Zij zat dan op de vensterbank en verzon het ter plekke.” De commissaris van de Koningin ging onmiddellijk ….”.
In Leeuwarden voegt Cees zich bij de groep. Wij checken onze OV passen uit en lopen naar het andere perron voor de glanzende Arriva dieseltrein naar Harlingen Haven. De kaartjes voor deze trein waren reeds geregeld door Harm Jan en werden stuk voor stuk door hem uitgedeeld. Een en ander was gecombineerd met de bootreis. Goed bewaren was zijn credo. Anders kom je niet op de boot.
In de nieuwe trein gingen de gesprekken gewoon door.
Nee, dan geschiedenis. Het ijzeren geheugen. Een historicus met een enorm geheugen is bijvoorbeeld Maarten van Rossum. Wat je ook van die man denken mag.
Enkele uitspraken:
Europa houdt op voorbij Amersfoort.
Zie je kerktorens met de vorm van een ui dan ben je in Oost Europa.
Laten we nu onderweg bij Dronryp zo’n kerk zien staan. Jan Veenstra was in zijn element en kon ons verzekeren dat dit echt Friesland was.
Er werd ons aanbevolen om, indien mogelijk, Belgische (kale) komieken te volgen in een reisprogramma door Afrika. De tocht die Livingstone destijds als ontdekkingsreiziger heeft gemaakt.
Daarnaast wordt gesproken over de stelligheid van de Nederlandse journalisten en over Jack van Gelder die bij Ziggo mogelijk zijn derde leven is begonnen. En dan is er snel een een tweetje gemaakt van het handbal met het Bankras model naar het voetbalcoachen van Louis van Gaal. Wat presteert die man slecht, vinden we. Hij maakt er geen eenheid van, vinden we. Vanavond een cruciale wedstrijd Manchester tegen Chelsea.
De trein stopt bij het kopstation van Harlingen Haven. Wij lopen via de brug naar het vertrekgebouw van rederij Doeksen. Onze boot zal om 9.55 uur vertrekken. Daar ontmoeten wij Peter. Hij is met de auto.
Met onze uitdraaien in de hand worden deze gescand, waarna wij naar de boot lopen. Het is druk met gezinnen en echtparen, groepen van mensen die oud en nieuw gaan vieren op het eiland. In het restaurant gedeelte vinden wij een paar tafels waaraan wij gaan zitten. Hier drinken wij onze eerste koffie van de reis. We eten onze meegenomen boterhammen. Er staat een lange rij bij de bar. Harrie en Harm Jan hebben het drinken geregeld. Harrie wil van zijn Kit-a-Kat’s van Sint Maarten af en ik deel uit. Wij bestuderen ons programma. Nou dat hoef je niet te doen. Wij hebben alles veranderd!
Het is goed weer. Droog, maar een stevige wind. Uitwaaien op het dek. Zonnetje. Bootjes kijken. De eilanden zien we liggen
We komen rond kwart voor twaalf in West aan. Langzaam verlaten wij de boot in een grote rij. Wij lopen naar Thijs Knop en halen onze fietsen op. Prettig en stevig trappende fietsen. Batavus. Paul W. en Anno gaan voor een mountainbike. Zij zullen niet altijd meelopen en doen dan de tocht met deze bike. Bij de start moesten eerst nog wat fietsen worden omgeruild vanwege technische mankementen.
Op naar de jeugdherberg. Stayokay. Hanskedune. We konden nog niet naar de kamer, maar hebben er onze bagage neergezet. Daarna fietsen naar Arjensduin. Korte beklimming en we stonden er bovenop. In het duin zat nog een bunker waar in oorlogstijd geschut op had gestaan. Hier vertelt Harrie ons een stuk ontstaansgeschiedenis van Terschelling. Het college werd ondersteund door het weidse uitzicht en het uitvouwen van de kaart van Terschelling. De wind speelde ons daarbij niet echt in de kaart.
“Uit navorsingen, verricht door geschiedkundigen en geologen, wordt aangenomen, dat de Waddeneilanden hun ontstaan hebben gevonden in het zogenaamde oud-Holoceen, een tijdperk tussen 20.000 en 5.000 jaar voor Christus.
Het Waddenareaal moet destijds hebben bestaan uit een groot moerassig uitstroomgebied, gelegen aan de monding van de Noordelijke Rijnarm, waarvan het Vlie of Vliegat een restant is. Er voltrok zich toen een eeuwenlang verlandings- en verveningsproces.
Brokken rondgeslepen veen spoelen nog geregeld aan op het strand en van de veenachtige bodem zijn nog restanten te zien, wanneer men de aan de Wadkant gelegen stukjes buitendijks land bekijkt (vooral de "Ans" ten zuiden van Lies) en de afkalvende rand ten oosten van de Wierschuur voorbij Oosterend op de grens van de zogenaamde Grieën en de Waddenzee.
Er bestond toen geen duidelijke scheiding met het huidige vasteland. Nederzettingen konden plaatsvinden op natuurlijke verhogingen, waarvan het eilandje Griend het bekendste was. Vastgesteld kon worden, dat dit eilandje in de Waddenzee in de 13e eeuw nog een klooster, woonhuizen en vee rijk was.
Thans is het een verhoogde zandplaat, eigendom van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten en broedplaats van diverse soorten wadvogels, zoals de grote stern. Het eiland behoort tot de gemeente Terschelling. Vanaf de veerboot is het eilandje herkenbaar door de 2 torenachtige bouwsels, die dienen voor bewaking en waarneming.
Als gevolg van de wisselingen der tijden en vooral getijden en na de latere enorme stormvloeden - de meest bekende zijn de St. Hubertusvloed van 1287 en de St. Elisabethsvloed van 1421 - zijn de aan de gang zijnde geografische veranderingen versneld.
Op de grens van het uitmondingsgebied en de Noordzee waren in de loop der wordingsgeschiedenis zandruggen ontstaan door uit de zee aangewaaid zand welke later uitgroeiden tot een soort duinenrij, waartussen de ondiepe uitstroomgeulen van het achterliggende deltagebied hun plaats hadden.
De stormvloeden, gepaard gaande met niveauverhoging als gevolg van versnelde smelting van de Noordelijke ijskap, waren er de oorzaak van dat de uitstroomgaten verbreed en verdiept werden en dat het achterliggende moerasgebied veranderde in wat nu de Waddenzee is.
Van eerdere invloed daarbij is de doorbraak tussen het vasteland van Europa en Engeland geweest, waardoor het Kanaal en een veranderende vloedbeweging langs de Nederlandse kust ontstond.
De nederzetting Griend werd overspoeld en zakte langzaam maar zeker in de veenachtige bodem weg en verdween voorgoed; het eilandje zelf kon zich als verhoogde zandplaat handhaven en werd daarbij door menselijk ingrijpen een handje geholpen.
Uit de overige restanten van de strandwal en zandplaten konden zich, na vele tussenvormen, de tegenwoordige Waddeneilanden en de daarachter gelegen ondiepten vormen, doorsneden door vaargeulen. Rond 800 jaar na Christus, vormden zich de eerste menselijke nederzettingen op de duingronden (oogduinen), verhogingen en opgeworpen terpen in de kwelders. Dit is nog duidelijk waarneembaar; de dorpen Midsland, Landerum, Formerum en Lies zijn op verhoogde delen van het omringende poldergebied gebouwd; bij de dorpen Hoorn en Oosterend springt het hoogteverschil minder in het oog.
Aanvankelijk waren de eilanden niet meer dan kale, vaak stuivende zandhopen. Aan de zuidkant daarvan, althans aan de luwzijde, werd in de loop der jaren van rivieren afkomstige grond afgezet: er kwamen slikgronden, kleiachtige kwelders op veenlagen, waaruit later de weilanden werden gevormd en de polder ontstond. Hiermee werden bestaansmogelijkheden voor de mens geschapen - landbouw en veeteelt - beschermd door al spoedig aangelegde dijken.
De eerste bedijking om de Terschellinger polder dateert al van ca. 1000 jaar na Christus. De dijk werd in de 19e eeuw verbeterde en na de stormvloedramp van 1953 in drie fasen tussen 1962 en 1968 op Deltahoogte gebracht.
Het eiland is ca. 30 km lang, terwijl de breedte varieert van 2 - 5 km.
De westelijke punt was voorheen een aparte zandplaat, genaamd de Noordsvaarder, maar is omstreeks 1860 door verzanding van een slenk aan het eiland vastgegroeid. De Oostelijke punt bestond destijds ook uit verschillende losliggende zandplaten, die samengegroeid zijn en in de 19de eeuw één geheel met het eiland gingen vormen. Thans is het een ruim 4400 ha. groot natuurgebied, dat als de Boschplaat internationale faam geniet.
De vorm en de grootte van Terschelling verandert, net als de andere Waddeneilanden, nog steeds. ”
(bron bovenstaande: Harrie en Gemeente Terschelling)
Het Arjensduin biedt ons een prachtig overzicht van het westelijk deel van het eiland.
De wind doet daarbij nog voortdurend zijn best om duidelijk te maken dat wij echt op een eiland zitten.
Daar zijn we helemaal van overtuigd. De kaart wordt weer opgevouwen.
Een ander punt van bijzondere aandacht bovenop Arjensduin was de verjaardag van Frank. In zoverre bijzonder omdat het om de vijfenzestigste ging. Geen appeltaart dit keer, maar wel een gedicht van Harry:
Een loflied voor de bard van de Herenreis.
Vandaag richten we de spotlights op een man
Die eigenlijk alles kan
Handig in huis, kan koken als een ster
Een witz of een grap die is nooit ver
Onderwijst soepel, nooit krijgt een kind een tik
Bij hem volstaat een aai over de bol en soms een strenge blik
Slaat de bal met speels gemak
Snoeihard binnen het driemetervak
En het mooiste van allemaal
Hij kan ook nog zingen als een nachtegaal
Maar hij is ook een man van staal
Nooit kleppert daar een gebit
Kraakt een heup die wat losjes zit
Het oor luistert nog even nauw
Nee dit is geen man in de afbouw
Hij versmaadt drank noch spijs
En toch wordt zijn haar nimmer grijs
Nu 65 jaar maar niks van dat bedaarde
Niks meer doen? Nee, dat is iets voor bejaarden
Laten we samen deze man eren
Deze Assurancetourix van de reis der Heren
Met een lied dat van deze blanke top der duinen schalt
En waarin al onze waardering samenbalt.
Uit volle borst werd daarna Lang zal hij leven gezongen. Hoera! Het duin af naar de fiets. En na een fikse tocht van ongeveer 5 minuten wisten wij de Bessenschuur te bereiken.
Nergens anders ontmoeten natuur, cultuur en folklore elkaar zo innig als in deze schuur. Hier vinden wij een unieke tentoonstelling over de honderd jarige historie van de eilander cranberry in woord en beeld. De cranberry is tijdens een schipbreuk in tonnen op het eiland terecht gekomen. De bewoners dachten dat het drank was. Bij het zien van de bessen in de geopende tonnen hebben ze deze weggegooid. Zo zijn de bessen uitgezaaid…
“Wat een teleurstelling, vreemde zure bessen,
geen sterke drank om hunne dorst te lessen”
Verder vinden wij op deze authentieke zolder een vogelcollectie en kunstwerken van eilanders, omgeven door historische fotografische beelden van Terschelling. De tijd staat hier stil.
Natuurlijk wilden wij niet op een droogje zitten. Wij hebben kunnen genieten van bakjes koffie of warme chocolademelk (met of zonder slagroom) met het lekkerste eilander cranberry gebak.
Best zoet maar dat kon volgens een deskundige: Hij moest zich toch nog laten prikken en zo kon je zien of dat prikken wel helpt.
Uitroep: “Nu proef je pas dat je op het eiland zit.”
En we springen weer op de fiets. We stoppen ter hoogte van een modern hotel Sandton paal 8 bij een uitkijkpunt over een duinmeer, de badhuiskuil. Revitalisering van de natuur. Het is van plaggen en begroeiing ontdaan waarna de natuur zelf de regie weer overnam. Veel watervogels hebben het daar naar hun zin. Er staat een bronzen beeldje ter nagedachtenis van de bioloog Victor Westhoff. Hij beschreef de natuur in al haar verscheidenheid. We fietsen naar het westen door de duinen en zetten onze fietsen neer bij het begin van het groene strand. De mannen met de mountainbikes zoeken hun eigen koers. We lopen richting zee in een golvend landschap van secundaire duinen in de richting van de primaire. Het pad staat af en toe onder water. We lopen via een zandpad langs duinmeertjes. Het blijft op en neer gaan. Martin raakt uit balans en blijft dat. Er wordt besloten dat Harry en Jan V. met Martin teruggaan naar de fietsen. De anderen beklimmen de hoge zandduinen en zijn blij als ze erover zijn. Niemand zegt dat natuurlijk hardop. Mooi geslepen zandduinen worden afgewisseld door heerlijke duinkommen, die aan zomerse dagen doen denken. We bereiken het enorm brede strand. Het licht en de lucht bieden ons een prachtig beeld. De fotografen onder ons kunnen niet nalaten dit vast te leggen. Wij komen een slenk, de Noordersvaarder, tegen die na de laatste witte zandduinen ver naar binnen loopt. Mooi is de overgang tussen het zandstrand en het wadachtige groene strand te zien. Vanuit de verte lijkt het alsof deze slenk erg diep is, de kabbelende golfjes en zonlicht spelen een rol. Er staat een dun laagje water, op sommige plaatsen maximaal 5 centimeter. We halen de overkant. Het blijkt een prima plek om je hond uit te laten. De opvallendste was de eigenaar die dat met zijn Landrover deed.
Twee figuurtjes komen ons tegemoet. Jan en Harry. Martin zit bij strandpaviljoen de Walvisch. Even later komen de mountainbikes ons achterop. Onze Paul W. en Anno hadden behoorlijk natte voeten. Je houdt het niet droog als je gaat stoppen en omkeren midden in een plas.
Nog even een duintop op, met trap, om van het uitzicht op West Terschelling te genieten. De wind voelde ijskoud aan. Na de fietsen bij het beginpunt van de wandeling te hebben opgehaald voegden wij ons bij de overige Walvischvaarders. Een Leffe vonden wij een beloning die paste bij deze dag. Gelukkig zaten we op een verwarmd terras. Aan diverse bezoekers mochten we uitleggen wat voor soort groep wij waren!
In de Stay-Okay ving Anno ons op met de sleutelkaarten van onze 6 persoonskamers. De verdeling werd gemaakt naar volgorde van binnenkomst. Ieder vond een bed en maakte het op met lekker schoon beddegoed. Sloffen aan, wat opfrissen. Het warme eten werd via een buffet geregeld. Ieder schepte op waar hij zin in had. Stokbroodje, smeerseltjes, soep, sla, diverse groenten, rijst, pasta, balletjes, toetje. Alles klaargemaakt en steeds aangevuld door een vrolijk team.
De tafelgesprekken tussen het eten door gingen over de ontwikkelingen rond de A6, over Tjibbe Joustra als voorzitter van de Floriade en opnieuw Louis van Gaal (gelijk gespeeld).
Na het eten ruimen we ons vaatwerk op. We blijven aan dezelfde tafel zitten, want de bar is vol, en nemen een lekkere bak koffie toe. Het weer voor morgen wordt gecheckt. Het wordt maximaal 9 graden; een stevige zuidoosten wind met een kans van 30% op regen.
De sfeer is goed en er wordt geroepen: dat met onze zonnige karakters, daar geen regen tegenop kan.
Ook werden er weer onderwijsanekdotes verteld. Eentje werd besloten met de toepasselijke conclusie: “Jullie vinden het niet leuk om te horen, maar ik vind het wel leuk om te vertellen!”
Kort daarop werd gevraagd: “Missen we Geert?” Tja, die zit in Patagonie. We sturen hem wel een appje.
Je moet de Herenreis in zijn huidige vorm niet prijzen voordat de laatste dag is aangebroken. Het kan geen toeval zijn dat Geert in een ver land zit.
Na de koffie lijkt de bar wat leger. Harry laat (mij) weten dat het misschien een goed idee is om niet overal namen bij te zetten. Anders lijkt het alsof hij zo veel te vertellen heeft. Nou, hij was, toen hij 25 jaar getrouwd was, in Carré. Herman Finkers. Voordat het doek op ging riep deze naar de zaal:
“Dames en heren. Ik heb er vanavond veel zin in, maar moet eerst nog even een voorstelling doen.”
Velen van ons lieten merken dat zij de krant wel eens lazen. Dokters en regelingen. Praktijkgevallen. Mooie dames (medicijn bezoeksters) wegsturen met een volle wachtkamer. De macht in de zorg. De zorgverzekeraar en het aantal klanten. Het roer moet om! Wurgcontracten huisartsen. Schippers heeft de zorgverzekeraar altijd de hand boven het hoofd gehouden.
En de klap op de vuurpijl: Sluit de PVV niet uit. Wilders als minister president? Nederland lijkt het te laten gebeuren. Nee, dan Jesse Klaver. Maar dat is een snotneus? Zijn we zo niet allemaal begonnen en dan zag je dat heel anders…
Er zijn politici die overal een slaatje uit slaan. Tony Blair vraagt een ton voor een uurtje bij de Herenreis!
De status van een dokter is (gelukkig) gezakt naar het peil waar het thuis hoort. Maar dat is toch nog altijd behoorlijk hoog. Ja, leg uw kleren maar op de mijne.
Velen proeven een speciaal biertje. De Jeugdherberg is goed voorzien. Ik probeer een Schoemrakker biertje uit Terschelling. Goede afdronk, fijn schuim, smakelijk op de tong en tegen de wang.
Over peil gesproken. De onderwijzer ,die per ongeluk zijn klassen-app verkeerd gebruikte, heeft dat niet gedaan omdat hij in een koud bad heeft gezeten. Daarom heeft hij zich tenslotte teruggetrokken.
En wat is beroepsdeformatie? Dat elke dag een leermoment moet hebben.
Plotseling hebben de volleyballers het over hun eigen sport. Hun eigen cluppie. Ze gaan stoppen. Ze stoppen op het hoogtepunt. Het is prachtig mooi geweest. 12 april wordt de slotwedstrijd gespeeld. Ze verwachten een grote opkomst. En dan klinkt voor de laatste keer hun yell. Alle hoop was gevestigd op de kleinkinderen van Paul W. om het team te kunnen verjongen. Maar daar kunnen ze niet op wachten.
Het succes van de handbalmeiden wordt besproken. Een Limburger onder ons geeft aan dat je een goede handbalster altijd kan herkennen. Een echte is slank, blond, stevig sportief en sterk atletisch!
Paul R. brengt een stukje cultuur in. Hij memoreert een speciale voorstelling in Corrosia die bedoeld was om de niet-regelmatige theatergangers over te halen dit wel te gaan doen. Het gezelschap Schwalbe had een voostelling gemaakt. Zelfvoorzienend, milieuvriendelijk. Er werd geen woord gezegd. Er zaten zes spelers, ieder op een hometrainer, die samen voor de verlichting zorgden. Dit lukte. Ze werden erg moe en stortten langzaam in. Na een uur was de voorstelling afgelopen. Het nagesprek gaf zeker enige toelichting. Tijdens de voorstelling liepen zeven mensen weg.
Dinsdag 29 december 2015
Het was een zonnige, maar kille ochtend met veel wind. Na een ontbijt in de Stayokay en het klaarmaken van een lunchpakket (appel, drinkje, marsje, boterhammen) fietsten we langs de waddendijk richting Oost. Ons doel van die dag is op de fiets naar Oosterend. Daar de fiets neerzetten en via de duinen langs de wadkant via de Boschplaat naar de punt van het eiland lopen. Via het strand weer naar de fiets en dan terug naar West.
Onze eerste stop was bij het Lichtje. Een schiereilandje gelegen aan een scherpe knik in de dijk.
Sinds september 2006 ligt hier het beeldenparkje “Beelden uit zee”. Zes monumentale granieten beelden. Met namen als: Bolder, Zeilen, Eilanders, Vergaan, Wrak en Eiland. Het graniet is afkomstig uit het Zweedse stoomschip Otto dat in 1903 voor de kust van Terschelling is vergaan. In 2003 zijn de eerste blokken voor dit kunstwerk opgedoken. De Israëlische kunstenaar Yaël Artsi heeft de kunstwerken tijdens een aantal Oerolfestivals gemaakt. In 2006 was het klaar. “Beelden uit zee” herdenkt 25 jaar Oerol.
Met de wind pal voor fietsten we pelotonsgewijs verder langs de dijk. Daarbij viel op dat er veel soorten ganzen op het wad zaten. De zon, zee en lucht leverden prachtige beelden op. Af en toe stopten wij om zo enig uitzicht over de Wadden en het eiland tot ons te nemen en onze neus te kunnen snuiten.
Door de oprukkende Noordzee zijn grote gedeelten van het wad- en Zuiderzeeveen vernield. Dit nieuwe waddengebied is het gebied wat wij kennen als het huidige. Terschelling werd weer eiland zo'n 300 jaar voor Chr. en men vindt de oude kleilaag vermengt met turfresten op een meter of vijf diep terug. Bij Oosterend en Midsland komt het turf zelfs aan de oppervlakte.
Op Terschelling werd aan de zuidkant van de duinen een strandwal opgebouwd van west naar oost. Een tweede kortere en hogere strandwal ten zuiden hiervan vormde aanleiding tot bewoning. De huidige dorpen zijn zgn. nakomelingen van deze eerste nederzettingen.
Wij kwamen uiteindelijk bij Oosterend. Daar waren de koffietenten gesloten. Daarom werd besloten naar het Heart Break Hotel te gaan. Daar deden we ons tegoed aan koffie, chocolade met lepelkoekje. Vandaar reden we via het duinfietspad totdat dat ophield. De fietsen werden gestald. Anno en Paul W. gingen met de mountainbikes door, terwijl Martin (onze man van staal) met de fiets terug ging. Na ongeveer 8 km, twee uur in flinke pas lopen, bereikten we de punt. Daar hadden we uitzicht op Ameland en de vuurtoren. Een vissersboot voer vlak lang het strand. Grote hoeveelheden meeuwen wachtten op lekkere hapjes. Wij aten onze boterham en kregen uitleg met tekeningen in het zand over de duinafslag, het aanslibben, het wandelen van het eiland. De duinafslag zal uiteindelijk resulteren in een doorbraak van de zee in de richting van de Boschplaat.
Opvallend was de uitgestrektheid en breedte van het strand, waar veel 4WD auto’s heen en weer reden. Ook werd op verschillende plaatsen al vuurwerk afgestoken. Het eiland herbergt veel bezoekers die oud en nieuw komen vieren. Bij paal 19 gingen wij de duinen in om zo bij de fietsen uit te komen. We hadden opnieuw zo’n twee uur gelopen.
We volgden het fietspad langs een gebied waar plaggen grond waren weggehaald, via de Wierschuur richting Oosterend. In deze schuur werd vroeger het op de Waddenzee gemaaide Groot zeegras gedroogd. Dit zeegras werd gebruikt als vulling van kussens en matrassen.
Ten oosten van Oosterend ligt het buitendijkse cultuurland, de Grië. Delen van de graslandpercelen zijn omringd door elzensingels. Andere graslanden worden echter incidenteel door zeewater overspoeld en hebben een zoutminnende vegetatie. Op de Grië liggen vier eendenkooien, de Takkenkooi, de Jan Willemskooi, de Horrekooi en de Rimkeskooi. De Takkenkooi is aangelegd in de zeventiende eeuw, de overige drie in de negentiende eeuw. De vier kooien zijn apart bedijkt, om schade door zeewater te voorkomen. Oorspronkelijk waren de kooien alleen aan de noordzijde met bos beplant. Het zuiden van de kooi bleef onbeplant om eenden vanaf het wad de lokken. Tegenwoordig is alleen de Rimkeskooi nog in bedrijf.
In Oosterend was Café Boschplaat open. Een knusse en warme plek met geëmailleerde reclameborden aan de muren. Heel graag maakten wij gebruik van de mogelijkheid daar “effe te zitte”, iets te drinken, en af te tappen. Langzaam werd het echt donker. Om een uur of vijf vertrokken wij via het duinpad naar West. Niet alle fietsverlichting deed het optimaal. Maar we kwamen op tijd voor het diner in de Stayokay aan. Dit keer geen vleesballetjes, maar een lapje vlees. Er waren niet voldoende toetjes. Dat vond de dame die achter de etensbalie stond erg vervelend. Daarom kwam zij met taart voor ons allemaal, want zij was de volgende dag jarig. Wij hebben uit volle borst gezongen. Voor de anderen was er bovendien een stukje strudel.
Het voorstel was om deze avond naar Hessel te gaan. Na wat heen en weer gepraat en diverse afwegingen werd besloten om dit toch maar niet te doen. De meesten van ons gingen naar West opo zoek naar een gezellig café. Het werd het Zwaantje met Leffe Blond. De eigenares bezat een overtuigend harde stem die boven het geluid van Harry uitkwam. Zij maakte een foto van ons die via Whapp naar Geert werd gestuurd.
Woensdag 30 december 2015
We gingen om 8 uur op. Er was een prachtige lucht door het raam te zien. De bedden werden afgehaald. We nuttigden ons ontbijt, bespraken ons dagprogramma. Pakten onze spullen en zetten die in de hal. We leverden onze sleutelkaartjes in en zaten om kwart voor tien op de fiets. Route via Hee, Baaiduinen met zijn oude boerderijen, het standbeeld van het Strypker Wyfke naar het Stryperkerkhof, een oude grafheuvel waar vroeger een houten kerkje stond..
Op 20 augustus 1666 is West-Terschelling tijdens de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog overvallen door een Engelse vloot. De vloot stond onder leiding van admiraal Robert Holmes, vergezeld door de Hollandse deserteur de kapitein Laurentsz van Heemskerk. Van Heemskerk wist dat de eilanden, waar een deel van de magazijnen van de staat en de Oostindische Compagnie zich bevonden, zich niet in staat van paraatheid bevonden. Oorspronkelijk was de admiraal van plan om Vlieland aan te vallen, maar bij verhoor van krijgsgevangenen bleek dat Vlieland lang niet zo belangrijk was. De admiraal voer dus met 11 compagnieën naar de haven van West-Terschelling, die zij the town of Brandaris noemden. Zij troffen nauwelijks enige weerstand van de lokale bevolking. De soldaten trokken brandstichtend door het ruim duizend huizen tellende dorp, dat vrijwel geheel in de as werd gelegd. En trokken daarna richting Oost. Onderweg kwamen zij het Strypker Wyfke tegen en vroegen haar wat daar verderop was. Het vrouwtje sprak de gevleugelde woorden: “Er staan er bij honderden en er liggen er bij duizenden”, doelend op de grafstenen en de sinds eeuwen daar begravenen. De Engelsen maakten rechtsomkeert en zorgden ervoor met hoog water de haven weer te verlaten, en lieten de rest van het eiland voor wat het was.
Wij fietsten richting Formerum en zagen daar op de kruising een standbeeld van Willem Barentsz. Formerum is de geboorteplaats van Willem Barentsz, de beroemde ontdekkingsreiziger die probeerde via een route ten noorden van Siberië naar oost-Azië te komen. Willem Barentsz heeft in de winter van 1596-1597 in het van wrakhout gemaakte "Behouden Huys" op Nova Zembla overwinterd.
Tegenover de beroemde camping de Appelhof bezochten wij het Wrakkenmuseum. Dit museum werd in 1906 gebouwd uit het wrakhout van een Noorse driemater bark de Cyprian en bevat, naast stellages en vitrines met jutters- en duikersattributen, ook een kinderbuitenmuseum.
Karakteristiek voor het zicht op het dorp is de Koffiemolen. Dit is de enige molen op Terschelling. Oorspronkelijk stond hij bij de buurtschap Dellewal bij West-Terschelling, maar in 1876 werd hij door de molenaar van Formerum opgekocht en naar Formerum verplaatst. De oude molen van Formerum, die nog uit de zestiende eeuw stamde, was in 1888 afgebroken. De huidige korenmolen verkeert in goede staat, maar wordt sinds 1964 niet meer gebruikt voor het malen van koren. Tegenwoordig is er een koffiehuis in gevestigd. We hebben het ons goed laten smaken.
We fietsten richting Midsland aan Zee. We zetten de fiets neer en liepen via het duin- en heidelandschap naar het bos van Formerum, een gemengd bos, aangeplant in de duinen door Staatsbosbeheer tussen 1920 en 1930. De bomen zijn daar destijds in bakken aangeplant (dobe’s).
Via een shortcut door de duinen bereikten wij het strand. Bij paal 11 liepen wij naar onze fietsen. In Midsland bekeken wij wat winkels, etalages van makelaars, een nieuwbouwcomplex in oude stijl en wij hapten onze boterhammen op. Bij de jeugdherberg (!) haalden wij onze bagage op die wij bij de vertrekhal van de boot onderbrachten. Leverden onze fietsen in, zochten tevergeefs naar een koffieplek, liepen wat rond in West en bekeken het museum aan de buitenkant. Bij de vertrekhal zijn we in de rij gaan staan. Onze tickets werden ingescand. Op naar de snelboot van 16.15 uur. Een kruising tussen een brede bus, of vliegtuig met comfortabele stoelen. In drie kwartier waren we in Harlingen. Daar was gereserveerd bij restaurant ‘t Noordeke. Wat hebben we Bourgondisch zitten eten. Er bleef nog behoorlijk wat over. Peter ging naar zijn auto.
We namen de Arriva van 19.15 uur. Bijna een trein voor ons alleen. Daar werden nog wat liederen gezongen (!) voor Frank. Oh Frankie, dit is een liedje voor jou alleen. Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk. Swiebertje. Mijn opa. Ouwe taaie. Onder de groene hemel. De man met de meeste herenreizen op zijn naam. Frank was duidelijk in zijn sas en zong als dank zelf ook nog een gevoelig lied. Tevreden bereikten we station Leeuwarden. Er zou weinig overstaptijd zijn. De trein stond er! Haastig inchecken bij de poortjes. De deuren van de trein zaten dicht. Het licht was uit. Onze trein was uitgevallen. Na een kwartier ging een ingelaste trein.
Overstappen in Zwolle in een ander treinstel. We namen afscheid van Cees en Harrie.
De Hanzelijn vertrok naar Almere.
Voorlopige conclusie: de combi fietsen en lopen is, gezien de samenstelling van het team, goed bevallen.
Deelnemers:
Jan van Haastrecht; Peter Damen; Harm Jan Spithorst ; Harrie Mennen ; Frank Smit; Jan Veenstra; Cees de Munnik ; Anno Winters; Martin van Polanen; Paul Weber; Paul Roelofs